Zorg in OLVH

Zorgcontinuüm in OLVH
In onze kleine school is leerlingenbegeleiding het gezamenlijk werk van alle leraren, leerlingenbegeleiding, directie en ondersteunend personeel. We beperken ons niet enkel tot leerlingen die nood hebben aan extra begeleiding, want elke leerling heeft recht op onderwijs dat aansluit bij zijn noden. In OLVH krijgen alle leerlingen goed onderwijs, ondersteund door een goed uitgebouwd zorgbeleid. Om dat beleid van vorm te geven, gebruiken we het zorgcontinuüm.
In het zorgcontinuüm onderscheiden we vier fasen.

FASE 0: brede basiszorg
In fase 0, de brede basiszorg, stimuleren we de ontwikkeling van alle leerlingen. OLVH zet in op leven en leren en verwezenlijkt op die manier een krachtige leeromgeving voor iedereen.

Veerkracht in leven
We begeleiden jongeren om veerkrachtig in het leven te staan door in te zetten op hun welbevinden. We zijn een school in beweging die oog heeft voor zowel lichamelijke als geestelijke gezondheidszorg. Het project ‘Vital Schools’ helpt ons om meer beweging in de lessen te implementeren.

Naast persoonlijkheidsvorming in het eerste jaar bieden we een waaier aan van middagactiviteiten, excursies en klasvormende uitstappen. Leerlingen krijgen meer verantwoordelijkheden en groeien in zelfstandigheid doorheen hun schoolloopbaan. Pestpreventie is de rode draad doorheen deze activiteiten. Via de leerlingen- en ouderraad investeren we in de betrokkenheid van leerlingen en ouders bij ons op school. Onze kleine school is laagdrempelig en onthaalt ouders en leerlingen warm en hartelijk.

Omdat we verbindende communicatie erg belangrijk vinden, communiceren we op een constructieve en respectvolle manier met elkaar. Door het organiseren van infoavonden, leerlingen- en oudercontacten ontstaat er een nauw contact tussen leerlingen, ouders en leraars. Leerlingen kennen elkaar ook onderling door sportieve en culturele evenementen, alsook door het peter- en meterschap. Via Smartschool brengen we ouders en leerlingen op de hoogte van het reilen en zeilen op onze school.

Draagkracht in leren
Door te focussen op bovenstaande aspecten streven we naar het vergroten van de draagkracht in het leren. Leraars brengen bijkomend structuur in hun lessen door een gouden fiche (studietips per vak) en leerstofoverzichten te voorzien. We helpen leerlingen te groeien in het zelfstandig organiseren van hun schoolwerk, het leren plannen en het maken van notities. Leren leren is vanzelfsprekend een zaak van elk vak. Daarnaast bieden we extra hulp tijdens de begeleide studie in de eerste graad en studiebegeleiding vanaf het derde tot en met het zesde jaar. Tijdens de lesuren differentiatie in de eerste graad zetten we in op remediëring en uitdaging voor alle leerlingen.

Na elke graad gaan we samen met de leerlingen op zoek naar een gepaste richting om een nieuwe stap te kunnen zetten in hun schoolcarrière. Dit realiseren we door werk te maken van een goede studiekeuzebegeleiding met advies.

Ons doel is om leerlingen te helpen een balans te vinden tussen draagkracht en draaglast en zo veerkrachtiger in het leven te staan.

FASE 1: Verhoogde zorg

Aangepaste leeromgeving
Soms volstaat de brede basiszorg niet (meer) om een leerling in zijn onderwijsbehoeften te voorzien. Dan voorzien we extra begeleiding in een aangepaste leeromgeving. We voeren in de eerste plaats individuele gesprekken met leerlingen en ouders. Bij socio-emotionele problemen zoeken we samen met de leerling en de ouders naar een juiste aanpak. Indien nodig starten we een volgkaart op om het gedrag van de leerling bij te sturen en om de leerling opnieuw positief te bevestigen.
Leerlingen met diverse leerproblemen krijgen remediërende, differentiërende, compenserende of dispenserende maatregelen. Vanaf de tweede graad krijgen de cognitief sterkste leerlingen de kans om een CSF-traject te volgen. De maatregelen leggen we vast in een samenwerkingsovereenkomst met de leerling en hun ouders om transparant te werken. Tijdens de examens laten we leerlingen werken in de Sprintklas en / of krijgen ze de kans om mondelinge toelichting te geven.
Het CLB staat ons tweewekelijks bij met raad en daad om voor deze leerlingen de gepaste begeleiding te vinden.

FASE 2: Uitbreiding van zorg
Voor een aantal leerlingen volstaat de verhoogde zorg niet. De ouders, leerlingen of de school kunnen dit signaleren aan het CLB of aan externe experten. Samen bekijken we hoe we de uitbreiding van zorg uitwerken. In fase 2 is er nood aan bijkomende inzichten om leren op maat mogelijk te maken voor de leerling. Het kan de start betekenen van een diagnostisch traject dat eventueel uitmondt in een gemeenschappelijk curriculum verslag. Daarna krijgt de leerling leersteun op school. Om socio-emotionele problemen aan te pakken, is er de mogelijkheid tot een naadloos flexibel traject, NAFT. Indien nodig maken we afspraken met leerlingen om hun schooljaar af te ronden. Directie, ouders, leerlingen, ondersteuners, CLB, de begeleidende klassenraad en leerlingenbegeleiding werken nauw samen om tot deze beslissingen te komen.

FASE 3: Individueel aangepast curriculum
Voor een beperkt aantal leerlingen is het gemeenschappelijk curriculum niet haalbaar. In overleg met het CLB wordt een IAC-verslag of een OV4-verslag gemaakt. Leerlingen met een OV4-verslag maken de overstap naar het buitengewoon onderwijs. Leerlingen met een IAC-verslag hebben de keuze om binnen het gewoon onderwijs verder te gaan, of om de overstap te maken naar het buitengewoon onderwijs. Ook hier is er een nauwe samenwerking tussen alle betrokken partijen.

Afhankelijk van de behoeften van de leerling krijgt de begeleiding een andere invulling. De piramide toont aan dat de basiszorg voor alle leerlingen intensiever wordt in de volgende fasen. Ze focust ook op een steeds kleinere groep leerlingen. Het spreekt voor zich dat de maatregelen in de onderliggende fase doorlopen in een volgende fase.